…dat je wéér wat kwijt was en dat Jelle dan riep: ‘Zit in de vierde verhuisdoos van onder, zesendertigste rij van achter!’

Twee weken 3
…dat je nog wel dacht de kerkklok van Lieren te zullen missen, en dat toen bleek dat het gebeier van kerkklokken je hier vanuit het dal tegemoet klinkt
…dat Matthias opgetogen thuiskwam met de mededeling dat we een piepklein watervalletje in ons eigen bos hebben
…dat Maria aan de Zmulner See al volop zat te kletsen met een gezin uit de buurt: ‘En als ik een woord niet in het Duits weet, zeg ik het gewoon in het Engels.’
…dat Matthias en Rachel de volgende middag van het meer terugkwamen met de mededeling dat ze wildvreemde mensen hadden gesproken die al precies wisten dat wij uit Holland komen en met z’n vijven zijn en een vakantiehuis gaan beginnen…
…dat Tobias het niet eens meer rook als je een kluifje voor zijn neus legde terwijl hij sliep, zó moe was hij van het op en neer rennen tussen de twee huizen hier op de berg.
DSC_0368

…dat Rachel buiten adem het bos achter het huis uit kwam rennen, omdat er een groot lichtbruin beest langs haar heen was gevlogen – dat bij nader inzien een vos moest zijn geweest
…dat de broodmagere venijnige katjes die ons beten en krabden al na een paar dagen tevreden bij de kinderen op schoot zaten te spinnenDSC_0510-klein

…dat je vanuit het keukenraam zomaar een zwarte eekhoorn met witte buik door de bomen zag springen
…dat op de dag dat we hier een week woonden de regenboog boven het dal stond
…dat het uitzicht altijd weer anders was met nevels, en morgenzon en avondlicht en witte wolken en –afhankelijk van hoe helder het is- wel of geen bergen in de verte
…dat je gewoon een wasrek op het weggetje voor het huis kon zetten omdat hier nu eenmaal toch nooit iemand kwam