‘Kom’, zegt Harold op een mooie morgen tegen zichzelf, ‘de buurman beneden in Zmuln is flink aan het fikken. Laat ik die berg takken in onze wei ook in de brand steken; dan valt het minder op.’
Scheutje benzine erover.
Aanstekertje erbij.
‘Woeshhh’, doet de berg takken en Harold verliest bijna zijn 185 overgebleven haren. ‘Laat ik maar wel een beetje in de buurt blijven, want het gras is best droog’, neemt hij zichzelf voor.
Als hij even later in de schuur bezig is, komt Matthias eraan rennen, hij grijpt een emmer en draait de buitenkraan open. ‘Gaat niet helemaal goed, geloof ik’, roept hij. ‘D’r is al een heel stuk van de wei weg.’
Jeannette die deze opmerking door het open raam hoort, kijkt naar buiten en ziet tot haar verbijstering alleen maar rook. Terwijl de mannen heldhaftig met het bluswerk beginnen, trommelt zij Rachel uit bed en roept ze Maria te hulp. Twee tellen later zijn alle Wilbrinks in touw met emmers, bloemengieters en maatkannen water. Maria in haar kanten jurkje en op blote voeten. Rachel in badjas. Jeannette op haar sokken. Aangezien uitgerekend nú vier van de vijf kranen op de benedenverdieping van het woonhuis zijn afgesloten omdat de badkamer en het toilet gerenoveerd worden, moet een deel van het water van de bovenverdieping komen. Het vuur is sneller dan het bluswater. Angstaanjagend vlug kruipt het over het droge gras richting het appartementenhuis beneden en richting het woonhuis boven.
Hond Tobias zit in huis te bibberen, hond Boris ploft pontificaal middenin de rookwolken neer en bekijkt het schouwspel van zo dichtbij mogelijk met bijzondere interesse.
‘Ik ben voor de brandweer!’ zegt Maria vertwijfeld, terwijl ze verhit met de zoveelste emmer aan komt sjouwen. Harold springt in de auto om beneden een tuinslang te halen. Matthias rent de berg af en komt met twee brandblussers terug. Het werkt! Langzaam maar zeker wordt de kring van vuur kleiner. Freudenhof is gered.
Matthias zwaait met de tuinslang richting zijn vader en grijnst: ‘Zei u vanmorgen niet dat er maar weer eens iets gebeuren moest voor een blogje?’